De storm lijkt weer te zijn gaan liggen na een turbulente periode voor de schoonmakers. Er was meer dan drie maanden staken voor nodig om de schoonmaakbazen op de knieën te krijgen. Nu is er een akkoord maar dat wil niet zeggen dat de schoonmakers achterover zullen gaan leunen. Beter dan ooit georganiseerd en bewust van hun collectieve kracht gaan ze door met de strijd. Zo ook Paula Groenboom, schoonmaakster en voorvrouw bij DUO en daarnaast kaderlid van FNV Bondgenoten, gekozen in het schoonmaakparlement en voorzitter van het stadsbestuur in Groningen. ‘We zijn na de staking een hechte groep geworden’.

Mark Jan Smit

Paula Groenboom in actie tijdens de Mars van Respect in Groningen

Met de lange staking van afgelopen winter hebben de schoonmakers wederom landelijke bekendheid verworven. De gele vuist is een bekend symbool geworden voor de strijd voor meer respect en betere arbeidsvoorwaarden voor de schoonmakers. Maar aan deze staking gingen jaren van bewustwording, organiseren en strijd vooraf. De stad Groningen was tijdens de staking één van meest actieve centra en Paula Groenboom stond daar middenin.

Ik ging overal langs’

In 2010 ging Groenboom bij DUO aan de slag als schoonmaakster. Daarvoor heeft ze jarenlang bij Rijkswaterstaat gewerkt voor meerdere werkgevers. Bij Rijkswaterstaat was de sfeer goed en er was respect voor de schoonmakers: ‘Je hoorde er echt bij’. Bij DUO was dat in het begin wel anders: ‘In het begin zagen ze ons niet staan’. Groenboom heeft het dan over de ambtenaren van DUO. ‘Ze hadden last van hoogmoedswaanzin, maar wij moesten wel hun rommel opruimen’.

Maar daar is inmiddels verandering in gekomen. Groenboom is actief aan de slag gegaan voor de vakbond. En daarbij beperkte zij zich niet alleen tot de 45 schoonmakers bij DUO maar ze kreeg ook contacten met de ambtenaren, een groep die ook te maken kreeg met werkdruk. Hoe doe je dat? ‘Nou, ik ging gewoon overal langs. In het begin mocht ik niet op elke afdeling komen, maar ik deed het gewoon’, vertelt Groenboom. Het lijkt heel simpel, maar je moet het wel doen. Op die manier bereik je en organiseer je de mensen. De schoonmakers zijn inmiddels bijna allemaal lid van de bond. Maar er zijn ook ambtenaren geïnteresseerd en geïnspireerd geraakt in de werkwijze van Groenboom en haar collega’s. ‘Ze vragen hoe de vork in de steel zit’.

Schoonmaakparlement

Haar vakbondsinzet bij DUO heeft ertoe geleid dat Groenboom gekozen is in het schoonmaakparlement. Dit parlement praat en stemt over onderwerpen die in de cao-onderhandelingen moeten worden ingebracht. Voor de staking van 2012 ingesteld, is het een resultaat van de toegenomen bewustwording van de schoonmakers. Het parlement komt regelmatig bij elkaar en Groenboom is ervan overtuigd dat het een blijvend orgaan is, ook na de staking. De schoonmakers hebben veel binnengehaald, maar nog niet alles. Zo is er bijvoorbeeld nog geen goede regelgeving rondom het ziekteverzuim.

Daarnaast is Groenboom van mening dat de werkgevers de regelgeving bewust te ingewikkeld maken voor de werknemers: ‘Ze hebben het liefst mensen die niets van loonstroken snappen, van die stille willies’. Stille willies zijn inderdaad erg gemakkelijk voor de bazen, want die sputteren niet tegen, maar er zijn juist veel stille willies omgeturnd in mondige en strijdbare schoonmakers. Een oud collega van Rijkswaterstaat zei laatst tegen Groenboom: ‘Je hebt de mond aardig wat groter gekregen’. ‘Dat is nodig ook’, antwoordde Groenboom. En dat staat symbool voor de ontwikkeling die de schoonmakers de laatste jaren hebben doorgemaakt.

Ik wil ook met plezier blijven werken’

Bijna alle schoonmakers van DUO deden mee aan de staking, de ene actiever dan de andere. ‘Je hebt drie soorten mensen’, legt Groenboom uit, ‘mensen die met de armen over elkaar zitten, mensen die af en toe hun gezicht laten zien en mensen die altijd vooraan staan’. Tot die laatste groep behoren natuurlijk de actieve kaderleden. Zij moeten de andere twee groepen proberen mee te krijgen. De schoonmakers van DUO zijn na de staking als hechte groep weer teruggekomen op het werk. De onderlinge sfeer is goed, ook ten opzichte van die paar schoonmakers die niet hebben meegedaan aan de staking.

De ambtenaren van DUO reageren met respect op de strijd van de schoonmakers. De verhoudingen zijn goed. ‘Ze zijn blij dat we er weer zijn’, aldus Groenboom. Ook de verhouding met haar directe baas is goed. ‘Ze is poeslief’. Maar dat komt ook door de opstelling van Groenboom en haar collega’s. Zij proberen zich na de staking positief in te zetten en hun best te doen. ‘Ik wil ook met plezier blijven werken’, vertelt Groenboom.

Stadsbestuur

Eén van de resultaten van de staking is de instelling van het stadsbestuur voor schoonmakers in de stad Groningen. Hierin zitten vijf mensen, allen lid van FNV Bondgenoten en ieder vanuit zijn of haar eigen achtergrond. Groenboom is tot voorzitter gekozen. Doel van het stadsbestuur is het uitwisselen van informatie om hier vervolgens wat mee te doen. Het rapporteert terug naar de contactpersonen in de bond. Belangrijk is dat er een signaal wordt afgegeven richting de werkgevers. Groenboom: ‘Je blijft van alle shit op de hoogte en dat weten de werkgevers’. Ze weten dat ze in de gaten gehouden worden en ze kunnen niet meer straffeloos alles zeggen en doen.

De schoonmakers zijn goed georganiseerd en dat weten de werkgevers. Zij laten zich niet meer zomaar in de hoek zetten en zijn bereid om te staken, ook al ‘is het van de zotte dat het zo lang heeft moeten duren’, aldus Groenboom, maar het was nodig. Tijdens deze turbulente periode zijn er veel stille willies veranderd in vastberaden mensen die meestrijden aan het front voor meer respect en betere arbeidsvoorwaarden. Maar het belangrijkste is dat het een hechte groep geworden is.