Als het aan minister van Binnenlandse Zaken Guusje ter Horst ligt, zijn ambtenaren die niet willen werken voor de rechts-extremistische PVV van Geert Wilders, toch verplicht om hun werk te doen. Daarbij hoeft een ambtenaar met morele bezwaren niet te rekenen op enige steun vanuit het kabinet.

 

Onlangs werd er door het magazine re.Public – het magazine voor ambtenaren in Nederland – een enquête gehouden. Uit deze enquête bleek dat 70% van de ambtenaren werkzaam voor het rijk, de provincies en de gemeentes, de PVV een drama vindt voor de Nederlandse politiek. Meer dan de helft van de ambtenaren stellen zelfs dat zij enorme moeite houden hebben om te werken voor een bewindvoerder van de rechts-extremistische PVV. Minister ter Horst stelt dat een ambtenaar loyaliteit moet tonen jegens de bewindvoerder waar deze voor werkt. Dan rijst de vraag, is loyaliteit het zelfde als de absolute gehoorzaamheid eisen?

Volgens de minister wel. Tenzij duidelijk de wet wordt overtreden ‘bij’ de beleidsvorming en uitvoering. In de tussentijd moet de ambtenaar zich schikken aan een bewindvoerder van een partij die de samenleving polariseert, bevolkingsgroepen tegen elkaar opzet en op de achtergrond een diepgewortelde agenda erop nahoudt. Een agenda die de maatschappij verder wil liberaliseren, sociale verworvenheden wil afbreken en de bescherming voor de gewone werker in Nederland wil opheffen ten behoeve van de grote ondernemingen.Solidariteit met de ambtenaren is fundamenteel. Want de gewetensbezwaren die zij hebben zijn ook die van de samenleving. Wij, die de ambtenaren steunen weten dat hun protest tegen de PVV geen kwestie is disloyaliteit, maar juist die van loyaliteit naar de belangrijke waarden van tolerantie waar Nederland op is gebouwd.