Meteen na mijn afstuderen heb ik een baantje gevonden. Oké, het is wel geen vast werk, het is op uitzendbasis en ik ben er letterlijk een nummer, maar het begin is er. In het ruige niemandsland na de studie, waarin inkomsten ineens stoppen en je afscheid moet nemen van je ov-studentenkaart, is zo’n uitzendbaantje al bijna paradijselijk. Maar het is verre van een paradijs. Mijn collega-uitzendkrachten en ik ontvangen voor een 32-urige werkweek een salaris – of is de term zakgeld beter op zijn plaats? – dat net iets boven bijstandsniveau ligt. Er is veel ontevredenheid over het lage loon.

Malou van der Brug

Collega-uitzendkrachten zitten in dezelfde situatie: afgestudeerd, maar nog geen (vaste) baan gevonden. De arbeidsmarkt is niet bepaald een gezellige huiskamer waar je na even kloppen op de deur gewoon kunt binnenlopen. Nee, het is een jungle, het is een slagveld waar je minstens vier ellebogen moet gebruiken om een plekje te veroveren. Bij sollicitaties krijg je automatisch een afwijzing, vaak zonder dat je cv echt grondig is bekeken, want ‘je hebt geen ervaring’.

Nou, dan maar ervaring opdoen. Gelukkig zijn er uitzendbureaus. Daar wordt niet al te veel gezeurd over je gebrek aan tachtig jaar ervaring. Ze hebben een netwerk en stellen je voor als je geschikt lijkt. Het zou bovendien niet de eerste keer zijn dat je als uitzendkracht blijft ‘plakken’ bij de organisatie waar je wordt uitgezonden. Kortom, het is het proberen waard en er moet natuurlijk ook gewoon brood op de plank komen, dus je moet wel.

Ik werd voorgesteld, het klikte en de maandag daarop kon ik aan de slag. Dan het grote schrikmoment: even snel vloog er op het uitzendbureau een briefje onder mijn neus langs met daarop het uurloon. Thuis bestudeerde ik de kleine lettertjes: Wat?!!! Bruto???! Stelletje dieven! Zo begon ik mijn eerste werkweek, heen en weer geslingerd tussen irritatie aan de ene kant en motivatie aan de andere kant. Toen ik het cao-boekje voor de uitzendbranche – dat stapel papierwerk vol wollig en vaag taalgebruik geeft het uitzendbureau dan wel weer netjes mee – erop nasloeg, ontdekte ik de wondere wereld van functie-indelingen. Heel in het kort: elke functie wordt ingedeeld in een groep, oplopend van 1 (laag) tot 9 (hoog) en daar is het bruto-uurloon aan gekoppeld. En daar komt ie: het uitzendbureau heeft bepaald dat, ongeacht de inhoud van ons werk, onze opleiding, onze vaardigheden, onze functie niet verder komt dan groep 2. Alsof je als scholier teruggaat naar de peuterklas.

Tijd om even rond te neuzen. Nu blijkt dat andere uitzendkrachten die voor hetzelfde bureau werken en in dezelfde groep zijn ingedeeld, hier minstens zo opstandig van worden. Sterker nog, iemand van hen heeft het al eens aangekaart binnen het bedrijf. We zijn ons nu aan het organiseren. Want ook al mag je in je handjes klappen dat je een uitzendbaantje hebt, betekent dat dan dat je alles maar moet pikken? Nee dus. Intern en bij het uitzendbureau zal aan de bel getrokken worden. En als vakbondslid heb ik erop gewezen dat we in deze zaak wel wat advies en steun kunnen gebruiken. Wordt vervolgd dus…