Emre en Armando

Eind vorig jaar reflecteerde de Nederlandse afdeling van de Communistische Partij van Turkije (TKP), zusterpartij van de NCPN, op het honderdjarig bestaan van de Republiek Turkije. Dat verhaal begint kort na de Eerste Wereldoorlog, toen er weinig over was van het Ottomaanse Rijk. Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië en Griekenland zagen hun kans schoon en probeerden het land te bezetten. Onder leiding van Mustafa Kemal, later bekend als Atatürk, wist het verzet de kolonisators te verslaan, waarna op 29 oktober 1923 de Republiek van Turkije officieel werd gesticht. Wat daarop volgt is een eeuw vol tegenstellingen.

Deze 100-jarige geschiedenis van de Republiek en de lessen die we daarvan kunnen leren, werden op de bijeenkomst uitgelicht met een korte film, verschillende toespraken en een Q&A. 

Zoals in de toespraken naar voren kwam, was het kapitalisme bij de oprichting van de Republiek nog amper ontwikkeld. De arbeidersklasse was klein in aantal en hoewel Turkije naast de Sovjet-Unie lag, bleken de materiële voorwaarden te zwak voor een partij die de bevrijdingsoorlog tegen de imperialistische bezetting naar het socialisme zou leiden. Ondanks hun snel groeiende populariteit in Anatolië lukte het de communisten in de eerste twintig republikeinse jaren niet om de overhand te krijgen.

Turkije aan het front van de ‘Koude Oorlog’

Nadat de Tweede Wereldoorlog eindigde met de overwinning van de Sovjet-Unie, namen de machthebbers in Turkije snel een positie in aan het front van de Koude Oorlog. Ze gingen op alle vlakken de samenwerking met de VS aan en omarmden het anticommunisme ten volste met bangmakerij over een Sovjet-invasie van buitenaf, of een revolutie van binnenuit het land.

In het kader van de Trumandoctrine werd Turkije vanaf 1948 opgenomen in het Marshallplan, waarna het financiële middelen van de VS begon te ontvangen. In ruil nam Turkije haar rol aan in de internationale arbeidsverdeling, als leverancier van landbouwproducten aan de Europese economie. Het stuurde troepen naar de Koreaoorlog, en bereidde zich zo voor op NAVO-lidmaatschap. Zo schaarde de Turkse bourgeoisie zich volledig achter het Amerikaans imperialisme, en begon het in lijn daarmee de kapitalistische transformatie van het land.

De coup van 27 mei 1960 vormde hiermee een gedeeltelijke breuk. Hoewel het militaire comité zorgde voor een grondwet die vrij progressief was voor die periode, opereerden ze voor de voortzetting van de kapitalistische orde – niet voor arbeidersmacht. Desondanks waren de jaren ‘60 in Turkije de jaren waarin de steun voor het socialisme het grootst was en de samenleving het meest openstond voor progressieve ideeën. De communistische beweging en de arbeidersstrijd bereikten een ongekende omvang en activiteit. 

Toenemend reactionair geweld en de staatsgreep van ‘80

De Turkse en internationale bourgeoisie zat in deze tijd echter niet stil. Een van de belangrijkste instrumenten die de heersende klasse in het leven riep, waren de Anticommunistische Verenigingen die werden opgericht in 1950. Deze werden gesteund en georganiseerd door de staat om te voorkomen dat de arbeidersklasse politiek ging bedrijven, en maakten gebruik van religie als dekmantel voor haar economische belangen. 

De klassenstrijd bereikte een climax toen op 1 mei 1977, op de Dag van de Arbeid, een massamoord plaatsvond in Istanboel. Een vuursalvo werd geopend op de massa’s die naar het gebied waren gekomen voor de festiviteiten, met 34 doden als gevolg. De verantwoordelijken voor deze slachting zijn nooit onthuld, maar alles wijst naar de Turkse afdeling van Operatie Gladio, opgezet door de NAVO en CIA. Het jaar daarop werden de 1 mei-vieringen in veel steden verboden. Het hoofdkantoor van DİSK (de klassengeoriënteerde vakbond van arbeiders) werd door de politie binnengevallen, vakbondsleden werden vastgezet, en in Istanbul werd de avondklok ingesteld. Enkele dagen later werden tientallen leden van DİSK en de TİP (Arbeiderspartij van Turkije; één van de voorlopers van de huidige TKP) gearresteerd. 

Het jaar 1979 kwam met overeenkomsten voor economische en militaire steun met de VS en nieuwe pakketten economische maatregelen. De omverwerping van de Sjah in Iran datzelfde jaar, en de daaropvolgende gijzeling in de Amerikaanse ambassade, brachten de relaties met Iran op een breekpunt. Op 27 december, toen de USSR Afghanistan binnentrok, werd Turkije door de VS dan ook omschreven als “de meest betrouwbare bondgenoot in een crisisregio”. Op voorschrift van de IMF werden maatregelen voorbereid die de prijzen van brandstof, steenkool, ijzer, cement, benzine, drank en sigaretten sterk verhoogde, terwijl de prijzen van verschillende andere producten werden ‘geliberaliseerd’. Daaropvolgend werd een van de grootste devaluaties in de geschiedenis van de republiek uitgevoerd. 

Aan de andere kant wilde de sociaaldemocratische regering geen risico’s nemen in de betrekkingen met de Sovjet-Unie. Ze sloot zelfs enkele nieuwe overeenkomsten met USSR. Ook dit kon rekenen op een reactie vanuit de VS en de bourgeoisie, en tegen het einde van ‘79 werd de regering Ecevit vervangen door een coalitie van rechtse en extreemrechtse partijen. Zij begonnen onmiddellijk met de voorbereiding van een door de IMF opgelegd ‘Structural Adjustment Program’, dat al in januari werd aangekondigd. Het exportregime werd geliberaliseerd; exporteurs werden gestimuleerd en de belastingen verlaagd. De steun aan de landbouw werd beperkt. Goederen en diensten stegen 35% in prijs. Met andere woorden, 24 januari 1980 markeerde het einde van een tijdperk van klassenverzoening in Turkije en een intensivering van marktrelaties. 

Het lukte de arbeidersbeweging niet om adequaat te reageren op al deze verschillende aanvallen op de werkende klasse. Zo werd de weg naar de militaire staatsgreep van 12 september 1980 voorbereid. Met enorm geweld werd de arbeidersbeweging nu grotendeels geliquideerd: meer dan 500.000 mensen werden gearresteerd. De organisaties van de arbeidersklasse werden verboden, en veel progressieve en revolutionaire arbeiders en intellectuelen werden dood, dan wel monddood gemaakt. 

Het anticommunisme van die periode bereikte een dimensie die zich richtte tegen alle progressieve en socialistische waarden, tegen de wetenschap, de kunst en het secularisme. In wezen veranderde de “restauratie” van Turkije in de jaren ‘90 en ‘00, waarbij zogenaamde “anti-autoritairen” en “Nieuw Links” deel uitmaakten van de anticommunistische menigte, hier weinig aan. Turkije richtte zich tot religie en tot de markt; sociale verworvenheden werden  afgebroken door grootschalig privatisering. Zo werd de Republiek van Turkije overgeleverd aan de ramp die belichaamd wordt door de opvolgende regeringen van de AKP, de partij van Recep Tayyip Erdogan. 

Communisten van Turkije

Al voor de republiek, in 1920, was er de oprichting van een heel andere politieke partij: de Communistische Partij van Turkije (TKP). Ook de communistische beweging kent een complexe geschiedenis: het grootste gedeelte van de vorige eeuw werden communisten vervolgd, wat de partij er niet van kon weerhouden om haar invloed voelbaar te maken. In de jaren ’60 en ’70 nam de progressieve beweging toe in kwantiteit en kwaliteit. Maar de fragmentatie en de tegenstellingen in de internationale communistische beweging vonden ook hun weerslag in de  arbeidersorganisaties van Turkije. De communisten konden, door het georganiseerde geweld van de bourgeoisie en wegens een gebrek aan eenheid, het land niet in een revolutionaire richting sturen. De coup van 1980 rondde dit hoofdstuk definitief af: de communisten die niet werden opgepakt waren gedwongen de illegaliteit in te gaan, en aan het einde van het decennium bestond de partij niet meer.

Wie vandaag de dag kijkt, ziet echter dat het opnieuw de TKP is die de strijd van de werkende klasse leidt. Met groeiend succes. In 2014 won de partij haar eerste lokale verkiezingen in de oostelijke, overwegend Koerdische regio Dersim. Veel van haar groei dankt de TKP aan haar buurthuizen: landelijk kent de partij maar liefst 126 plaatsen waar de werkende bevolking binnen kan lopen voor leesgroepen, trainingen over arbeidsrechten, workshops, bijeenkomsten en kunst- en cultuuractiviteiten. In die zin zijn de buurthuizen niet alleen partijkantoren, maar ook plaatsen waar de arbeiders uit de buurt samenkomen, samen handelen voor gemeenschappelijke problemen en behoeften, en voor elkaar en hun omgeving zorgen. Zo worden in bijna alle buurthuizen workshops georganiseerd om de opvoeding van kinderen te ondersteunen, en komen werkende vrouwen er samen in de Vrouwensolidariteit Comités.

Op zondag 22 oktober en zaterdag 28 oktober herdacht de TKP het honderdjarig jubileum van de republiek. Er werden grote marsen georganiseerd in Istanbul, Ankara en Izmir. In die laatste stad, waar in 1919 Griekse soldaten landden om drie jaar later verslagen te worden, kwamen 6.000 mensen samen uit alle hoeken van het land. In een vol stadion verklaarde de partij: de enige weg vooruit is een republiek voor het volk. Socialisme voor de republiek! 

Waardevolle lessen voor de strijd vandaag

De bijeenkomst in Amsterdam bood een gelegenheid om de complexe geschiedenis van de Republiek Turkije en de strijd van de communisten in Turkije voor een socialistische toekomst uit te lichten. Want die geschiedenis biedt waardevolle lessen voor de strijd vandaag. 

Als blijk van waardering en in het kader van de internationale solidariteit, gaf de TKP-afdeling de genodigden van de NCPN en CJB een boek van Kemal Okuyan, de algemeen secretaris van het Centraal Comité van de TKP. De aanwezigen waren gemotiveerd om de banden tussen de partijen te versterken en door heel het land samenwerking te bevorderen. De NCPN en CJB bedankten op hun beurt de Nederlandse afdeling van de TKP voor de uitnodiging.

Samenvattend, kwamen in de toespraken van de TKP op de herdenking in Amsterdam de volgende standpunten naar voren:

  • Vandaag, op de honderdste verjaardag van de proclamatie van de Republiek, zijn we niet samengekomen om feest te vieren, omdat we ons ervan bewust zijn dat er geen republiek meer is die het verdient om gevierd te worden.
  • Ondanks alle tekortkomingen is de periode tussen 1919 en 1923 de periode waarin de meest geavanceerde prestaties in de geschiedenis van Turkije werden opgetekend.
  • Het is geen situatie die specifiek is voor Turkije dat de bourgeoisie probeert de verworvenheden van de republiek te liquideren naarmate de strijd van de arbeidersklasse afneemt. Terwijl bijvoorbeeld in de EU de Europese Commissie deze taak op zich nam, werd deze taak in Turkije na de militaire staatsgreep van 1980 steeds meer aan de politieke islam gegeven.
  • De huidige situatie is niet zomaar gecreëerd door de AKP, maar kent een lange geschiedenis. De burgerlijke oppositie staat in veel zaken aan dezelfde kant als de AKP, zoals over het kapitalisme. Ook in andere zaken dient de burgerlijke oppositie de AKP. Het belangrijkste daarvan is de ontkenning van de Koerdische kwestie:zozeer zelfs dat, onder de naam van de “strijd tegen het terrorisme”, een deel van de oppositie nu legitimeert wat de AKP toepast op het Koerdische volk.
  • TKP is tegen elke tijdelijke of tactische ondersteuning van AKP’s avontuurlijke buitenlandse politiek, van welke aard dan ook. TKP weigert ook te praten over het vluchtelingenprobleem zonder de Syrische oorlog en de Turkse interventie in Syrië te bespreken.
  • Een van de grootste verworvenheden van de Republiek in Turkije is het secularisme. De fascisten die onder het mom van de “restauratie van Atatürks gedachtegoed” op 12 september 1980 een staatsgreep pleegden, probeerden het land echter te veranderen in een politieke structuur van reactionaire sekten die ze kort daarna de Turks-Islamitische Synthese noemden. TKP roept op tot collectieve actie tegen de religieuze ordes die religie manipuleren, preken houden om armoede en ongelijkheid in stand te houden en die denken dat het land zich weerloos aan het overgeeft.
  • Een nieuwe actie die is besloten door de TKP-conferentie van juli 2023: We zullen de republikeinen en patriotten van het land bereiken met de verzamelde kennis van de verlichting van Turkije en het anti-imperialisme, met de zoektocht om een sociale, politieke en ideologische alliantie te vormen. Met het bewustzijn van onze verschillen, op een vriendelijke manier, schouder aan schouder, zullen we samen de vijanden van de Republiek uitdagen. Voor dit doel wordt het  “Volksvertegenwoordigers-parlement van Turkije” in oktober 2023 gevormd en werd deze week aan het publiek bekendgemaakt.