Jean

Op vrijdag 1 april lieten studenten en leden van de CJB een krachtig geluid horen tijdens een sit in bij het ministerie van Onderwijs in Den Haag. Het doel van de #Nietmijnschuld-actie was om onder andere minister van Financiën Sigrid Kaag te spreken om te vragen waarom er zo weinig budget is voor de huidige en toekomstige studenten. De schuldengeneratie moet het doen met een magere compensatie van €1400, terwijl de voorgestelde basisbeurs voor aankomende studenten maar liefst 20% minder bedraagt dan in 2014.

Een groep van 50 mensen bezette rond de middag de foyer van het ministerie. Nadat de meute tot twee maal toe werd gesommeerd te vertrekken, vervolgde de studenten het protest buiten op de stoep. Tijdens het wachten op de minister lieten de studenten een niet te misverstaan geluid horen dat de 1 miljard voor compensatie die is uitgetrokken veel te laag is. Na twee uur wachten in de sneeuw op een woordvoerder die nooit kwam, besloten de studenten hun protestborden achter te laten als een boodschap aan de minister: De strijd voor compensatie en een volwaardige basisbeurs gaat door!

Na jarenlang strijdvoeren via de #NietMijnSchuld-campagne, is besloten om het asociale leenstelsel te vervangen. Iets wat met gejuich is ontvangen door studenten in het hele land. Ondanks de afschaffing is er nog weinig reden tot feest, aangezien het nieuwe financieringssysteem een uitgemergelde variant van het oude beurzensysteem is en de tegemoetkoming voor de huidige generatie studenten lachwekkend laag is. Hoe heeft zo ver kunnen komen?

Tot en met 2015 konden studenten aanspraak maken op een basisbeurs van de overheid om hun studietijd te bekostigen. Met de invoering van het zogenaamd ‘sociale leenstelsel’, werden beurzen vervangen door een lening. In ruil voor ronkende beloftes over onderwijsverbeteringen en een eerlijkere lastenverdeling voor de samenleving, werden studenten aangemoedigd een lening aan te gaan. Beloftes werden gebroken en bezuinigingen in het onderwijs zorgden ervoor dat de toegezegde investeringen minimaal effect hadden.¹

Luxeproduct

Zeven jaar na de invoering van het leenstelsel is de positie van de aankomende generatie werkenden schrikbarend verzwakt. Schulden van €35.000 of €50.000 zijn eerder regel dan uitzondering en door maatregelen die langer over je studie doen bestraffen, zoals de torenhoge schulden of het Bindend Studie Advies, voelen studenten zich gehaast en gestrest. Het is dan ook niet gek dat 51% van de studenten kampt met mentale klachten naast hun torenhoge schulden.² Jongeren uit de arbeidersklasse zien er überhaupt van af om te gaan studeren, of werken zich suf om hun studententijd te bekostigen zonder schulden op te bouwen. Door het ‘sociale’ leenstelsel wordt studeren steeds meer een luxeproduct voor de rijken, in plaats van een recht voor iedereen.

Ondanks de ontwrichtende gevolgen van het leenstelsel, is de maatregel in lijn met de agenda van de Europese Unie om het onderwijs en de economie in Europa competitiever te maken.³ Studenten moeten sneller de arbeidsmarkt, het liefst met een pakket aan kwaliteiten die passen bij de wensen van de markt. Daardoor draaien individuele studenten op voor de kosten, in plaats van de gehele samenleving. Ondertussen pakken bedrijven de winsten; zij krijgen werknemers aangeleverd die perfect op hun wensen aansluiten en in een lastige financiële positie verkeren.

Doelbewust beleid

De ‘pechgeneratie’, die doelbewust is gebruikt als proefkonijn in een perverse poging op onderwijs te kapitaliseren, komt er niet tussen op de huizenmarkt, heeft een slechte onderhandelingspositie op de arbeidsmarkt en wordt op de koop toe geconfronteerd met het klimaatprobleem.

Na lang campagne voeren heeft het geluid van ongenoegen ook de Haagse achterkamertjes bereikt, maar de tegemoetkoming voor de gedupeerde studenten – nog geen 10% van de gemiddelde studieschuld van €15.000 – is een belediging voor een complete generatie.⁴ Het aankomende cohort jongeren hoeft ook niet te rekenen op enig respect van Den Haag. De voorgestelde studiebeurzen zijn zo laag dat studenten haast worden verplicht om naast hun voltijd studie te werken om rond te komen.

Studeren is een recht dat de arbeiders verworven hebben en dat dient om de individuele student een kans te geven zichzelf te ontplooien en de maatschappij in zijn geheel verder te helpen. Studeren is een fulltime aangelegenheid waar iedereen zich zonder stress voor financiële consequenties aan moeten kunnen wijden. Door te organiseren en op te komen voor studenten en (toekomstige) werknemers strijden we samen voor een rechtvaardigere maatschappij; een wereld waarin studeren en alle bijbehorende kosten gratis en voor iedereen toegankelijk zijn.

Bronnen

  1. Trouw, 2018, Studenten hebben het nakijken: alle beloftes van het leenstelsel zijn gebroken.
  2. RIVM, 2021, Terechte zorgen over mentale gezondheid en middelengebruik studenten.
  3. Europese Commissie, 2021, Higher Education Initiatives.
  4. NOS, 23-3-2022, Kabinet denkt aan basisbeurs van 255 euro voor uitwonende studenten.